zondag 3 oktober 2010

Week 2: Congo


In het boek "Achterblijven in Congo" van Verlinden Pieter zie je hoe gelukkig de Congolezen of zwarte Belgen gelukkig waren ten tijde van de kolonisatie. De mensen die nu terug kijken en daarover spreken zeggen allemaal dat het toen beter was dan nu. Op het moment zelf hebben ze wel geleden en afgezien. Ze hadden veiligheid, zekerheid, een dagplanning, ... Nu jaren na de kolonisatie zijn ze dat allemaal kwijt. Men zegt meestal, "je weet pas wat je hebt zodra je het kwijt bent". Ze geven wel toe dat ze een hard leven hebben geleden maar hielden toch van de blanke Belgen. De blanken zorgden voor onderwijs, gezondheid, veiligheid, onderdak, werkgelegenheid, ... dingen waar ze nu alleen maar van kunnen dromen. Vandaar dat veel Congolezen liever terug gaan naar de tijd van de blanke Belgen en zwarte Belgen. Ze waren echt trots om Belg te zijn er was zelfs een groot vaderlandsliefde, met België als moederland. Dit kon je heel goed merken in de periode van de Tweede Wereld Oorlog. Zwarte Belgen, Congolezen werden massaal gerekruteerd voor het leger. Spijtig genoeg worden deze oudstrijders zelfs de dag van vandaag niet erkend.





Om de economische groei in België nog te vermeerderen werden de wegen en infrastructuur in Congo verbeterd. Er kwam nog meer werkgelegenheid voor de Congolezen. Dit was één van de belangrijkste drijfveren voor de Congolezen. Zij werkten hard en veel zodat "hun" moederland een economische groei zou meemalen en zij weer werk kregen. Zolang België groeit groeide Congo mee. De relatie tussen de blanken en zwarten was meestal strikt zakelijk. Maar kon ook seksueel contact ontstaan waar een "mulatje" of "metis" uit voort kwam. Die half blanke/zwarte vertrok meestal met de blanke ouder weer uit Congo. Als dat niet zo was dan werd het leven in Congo zeer moeilijk door de huidskleur.




Vanaf 13 januari 1960 ging het nieuws al rond dat België Congo zou verlaten. Congo zou onafhankelijk worden. Met dat nieuws kwamen meteen rebellen op de voorgrond. Die werden pas benoemenswaardig actief nadat de blanke Belgen Congo verlieten. Op 30 juni 1960 was het dan zo ver. Koning Boudewijn verkondigde het nieuws via de Congolese radio. België beloofde Congo stapsgewijs te helpen bij het onafhankelijk worden. Dat gebeurde uiteindelijk niet en er ontstonden al snel onenigheden binnen de Belgische politiek.


In Congo zelf proberen verschillende groepen de macht te grijpen. De eerste minister van Congo werd Lumumba Patrice met zijn Mouvement National Congolaise (MNC) onder president Kasavubu. Doordat Lumumba door het Westen ervan verdacht werd communist te zijn werd hij ontslagen als minister. Tegelijkertijd pleegde Mobutu een staatsgreep en werd president van Congo.


Mobutu kreeg al snel tegenstand van Kabila tijdens de Afrikaanse Wereldoorlog. De gewapende strijd om de macht begon in de jaren negentig toen het uit Tutsi's bestaande leger van Rwanda Oost Zaïre binnenvielen om de Hutu milities, gevormd door uit Rwanda gevluchte Hutu's uit te schakelen. Burundi en Oeganda steunden het Rwandese leger. Zaïre veroordeelde de inval maar rebellen onder leiding van Kabila wisten dan toch in 1997 Mobutu te verdrijven.
Volgens schattingen zijn er 3,8 miljoen mensen om het leven gekomen sinds 1998. De oorlog is doodsoorzaak nummer één in het land. Veel slachtoffers werden op wrede wijze omgebracht. Ze werden bijvoorbeeld levend begraven. Anderen raakten hun grond kwijt, moesten vluchten of werden slachtoffer van marteling en verkrachting.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten